Cremeren

De geschiedenis van cremeren

Het Nederlandse woord cremeren stamt uit de negentiende eeuw en is afgeleid van het Latijnse woord cremare. De eerste gedocumenteerde Nederlandse crematie stamt uit dezelfde tijd. Niemand minder dan de auteur Eduard Douwes Dekker (Multatuli) vervulde in 1887 postuum een voortrekkersrol op dit gebied. Het lichaam van de schrijver, die een aanhanger was van de vanuit Duitsland en Italië overgewaaide crematiegedachte, werd in het Duitse Gotha gecremeerd.

Ook vóór Multatuli vonden er in onze contreien echter al lijkverbrandingen plaats. Al voor het begin van onze jaartelling verkoos men verbranding zelfs boven teraardebestelling. Later bestonden beide vormen naast elkaar, waarbij christenen in de regel werden begraven. In 785 werd het verbranden van doden door Karel de Grote verboden. Het zou tot in de late middeleeuwen duren voor er daadwerkelijk niet meer gecremeerd werd.

In 1914 werd crematorium Westerveld geopend, het eerste Nederlandse crematorium. Omstreeks 1950, toen lijkverbranding strikt genomen nog steeds illegaal was, werd in ons land echter nog maar twee procent van de overledenen gecremeerd. Tussen 1955 en 1968 was voor crematie een speciaal codicil nodig. Nadat dit codicil was afgeschaft won crematie snel terrein. In 2003 werden er voor het eerst meer Nederlanders gecremeerd dan begraven.

 

Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek

Als u kiest voor een crematie in ons uitvaartcentrum, zullen wij zorgvuldig alle zaken met u doornemen die van belang zijn voor een crematie. Wij noteren uw gegevens en de gemaakte afspraken op het aanvraagformulier. Aan de hand daarvan kunnen we ervoor zorgen dat alles perfect wordt geregeld.

Bij een crematieplechtigheid kunt u een bepaalde tijd gebruik maken van de faciliteiten van het crematorium. In de meeste crematoria varieert dat tussen vijf kwartier en twee uur. Die tijd wordt verdeeld tussen de aula en de condoleancekamer. In Crematorium Sneek krijgt u totaal tweeënhalf uur ter beschikking. Voor de meeste crematieplechtigheden is dat voldoende. Stelt u echter prijs op een uitgebreide plechtigheid, of verwacht u veel belangstellenden, dan kunt u extra tijd reserveren. Dit gaat steeds per halfuur. Het is dus niet nodig om in tijdnood te zitten. U moet de extra tijd wel van tevoren reserveren. Anders loopt u de kans dat er al een andere dienst is geboekt.

 

De gang van zaken rondom de crematie

De rouwplechtigheid, zoals een kerkdienst of uitvaartdienst, voorafgaand aan de crematie, is gelijk aan die bij een begrafenis. De daadwerkelijke verbranding wordt uitgevoerd door het crematoriumpersoneel. Tot enkele jaren geleden gebeurde dit doorgaans buiten aanwezigheid van nabestaanden of belangstellenden. Tegenwoordig kunnen de nabestaanden aanwezig zijn bij het invoeren van de kist in de oven. Bij de meeste crematoria is dit geen probleem. Een aantal crematoria heeft de ovenruimte een publieksvriendelijker uiterlijk gegeven.

De crematie vindt plaats in een crematorium waar het lichaam in een doodskist of crematiekist verbrand wordt. Een kist is geen verplichting, de crematie mag ook plaatsvinden met het lichaam geplaatst op een ligplank en gewikkeld in een lijkwade. Bij invoer op een ligplank is de enige voorwaarde, dat het stoffelijk overschot voor het ovenpersoneel niet als dusdanig herkenbaar is. De verbranding vindt plaats in een oven. De temperatuur is ongeveer 1100 graden Celsius en de verassingstijd is ongeveer anderhalf uur. De as van een volwassen persoon weegt ongeveer 2,5 – 3 kg (inclusief kist). Het is een misverstand dat een lichaam verteert door de vlammen. De verassing geschiedt door de hitte.

 

De crematie zelf

Tegenwoordig is een crematie bijna volledig geautomatiseerd. De crematieovens zijn computergestuurd. Toch blijft de aanwezigheid van een mens noodzakelijk.

Wanneer de crematieplechtigheid van de overledene is afgelopen wordt de lijkkist naar de ovenruimte gebracht. Een medewerker van het betreffende crematorium gaat dan een aantal verplichte documenten controleren. De gegevens op deze documenten moeten overeenkomen met de gegevens van de overledene en het registratienummer op de kist. Wanneer alle gegevens overeen blijken te komen, wordt het crematiedocument ondertekend en wordt er op de kist een vuurvast steentje gelegd. Dit steentje heeft een uniek nummer. Het steentje wordt gebruikt om eventuele vergissingen te voorkomen. Door het steentje is de latere as dus te identificeren. Eventuele kunststof of metalen handgrepen worden van de kist verwijderd (milieuvoorschrift).

Wanneer het steentje geplaatst is, wordt de kist in de oven gezet. Bij een temperatuur van tussen de 400 en 1100 graden Celsius wordt de kist met daarin het lichaam verbrand. Dit hele proces duurt, afhankelijk van het soort oven, zo’n vijf kwartier tot vier uur.

Bij het plaatsen van de kist in de oven mag de familie nog aanwezig zijn, echter wanneer de oven gesloten is en het verbrandingsproces wordt gestart, vaak niet meer. Na het verbrandingsproces wordt de oven afgekoeld. Wanneer de oven genoeg gekoeld is, kunnen de overgebleven stoffelijke resten worden verwijderd. De inhoud van de oven bestaat nu enkel nog uit botresten, het vuurvaste steentje en eventuele metaalresten van bijvoorbeeld sieraden, gebitsprothesen en andere prothesen.

De stoffelijke resten, het steentje en het metaal, worden in een aslade verzameld. De metalen worden apart verzameld. Dit betreft zowel chirurgisch staal als bijvoorbeeld schroeven van de kist. Ook wordt edelmetaal van bijvoorbeeld tanden of kiezen teruggevonden. Het edelmetaal en het chirurgisch staal worden bewaard en regelmatig opgehaald door een gespecialiseerd verwerkingsbedrijf, dat deze resten weer verwerkt. Zo ook de overgebleven handgrepen (zie boven). De opbrengst hiervan wordt geschonken aan een goed doel. Iedereen kan via de Landelijke Vereniging van Crematoria goede doelen hiervoor aandragen. Voorwaarden zijn: Nederlands project; specifiek toewijsbaar aan een project, activiteit, onderzoek (afgerond/herkenbaar karakter); op het gebied van gezondheidszorg of met nauwe band.

De van metaalresten ontdane as gaat vervolgens in een ascremulator. Dat is een soort centrifuge, waarin de asresten als het ware fijn gemalen worden door middel van twee of meer stalen ballen. Via een zeef komt de as uit de cremulator in de asbus. Het crematiesteentje wordt voor sluiting in de asbus gedaan. Op die manier is de as altijd herkenbaar.

De asbestemming

Na de crematie is het wettelijk verplicht de as een maand in het crematorium te bewaren. De as wordt dan bewaard in wat men noemt “de algemene nis”. De algemene nis is niet toegankelijk voor vreemden en nabestaanden. Men heeft dan langer de tijd om over een bestemming na te denken.

 

As verstrooien
  • op 20 tot 25 km hoogte per heliumballon.
  • op het terrein van het crematorium (en soms begraafplaats)
  • op zee per boot
  • op zee per vliegtuig
  • op een eigen dierbaar plekje (wel altijd toestemming vragen aan de eigenaar van dit plekje)
  • op het nationaal verstrooiveld Delhuyzen
  • met toestemming op verschillende Nederlandse binnenwateren, zoals het IJsselmeer, de Randmeren, Friese wateren, het IJ.

 

As bewaren
  • men kan de as thuis bewaren (in huis of tuin).
  • men kan de as bijzetten in bijvoorbeeld urnentuin of urnenmuur (columbarium) van een crematorium of begraafplaats.
  • men kan de as bijzetten in een bestaand familiegraf.

 

Combinatie

Men kan de as verstrooien en bijvoorbeeld een klein deel bewaren in een mini-urn, een asmedaillon, een assieraad of een glassculptuur. Ter nagedachtenis kunt u ook kiezen voor een gedenksteen, een gedenkplaatje of een gedachtenisbeeldje.

Er is veel mogelijk en wij informeren u graag.

Cremeren

De geschiedenis van cremeren

Het Nederlandse woord cremeren stamt uit de negentiende eeuw en is afgeleid van het Latijnse woord cremare. De eerste gedocumenteerde Nederlandse crematie stamt uit dezelfde tijd. Niemand minder dan de auteur Eduard Douwes Dekker (Multatuli) vervulde in 1887 postuum een voortrekkersrol op dit gebied. Het lichaam van de schrijver, die een aanhanger was van de vanuit Duitsland en Italië overgewaaide crematiegedachte, werd in het Duitse Gotha gecremeerd.

Ook vóór Multatuli vonden er in onze contreien echter al lijkverbrandingen plaats. Al voor het begin van onze jaartelling verkoos men verbranding zelfs boven teraardebestelling. Later bestonden beide vormen naast elkaar, waarbij christenen in de regel werden begraven. In 785 werd het verbranden van doden door Karel de Grote verboden. Het zou tot in de late middeleeuwen duren voor er daadwerkelijk niet meer gecremeerd werd.

In 1914 werd crematorium Westerveld geopend, het eerste Nederlandse crematorium. Omstreeks 1950, toen lijkverbranding strikt genomen nog steeds illegaal was, werd in ons land echter nog maar twee procent van de overledenen gecremeerd. Tussen 1955 en 1968 was voor crematie een speciaal codicil nodig. Nadat dit codicil was afgeschaft won crematie snel terrein. In 2003 werden er voor het eerst meer Nederlanders gecremeerd dan begraven.

 

Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek

Als u kiest voor een crematie in ons uitvaartcentrum, zullen wij zorgvuldig alle zaken met u doornemen die van belang zijn voor een crematie. Wij noteren uw gegevens en de gemaakte afspraken op het aanvraagformulier. Aan de hand daarvan kunnen we ervoor zorgen dat alles perfect wordt geregeld.

Bij een crematieplechtigheid kunt u een bepaalde tijd gebruik maken van de faciliteiten van het crematorium. In de meeste crematoria varieert dat tussen vijf kwartier en twee uur. Die tijd wordt verdeeld tussen de aula en de condoleancekamer. In Crematorium Sneek krijgt u totaal tweeënhalf uur ter beschikking. Voor de meeste crematieplechtigheden is dat voldoende. Stelt u echter prijs op een uitgebreide plechtigheid, of verwacht u veel belangstellenden, dan kunt u extra tijd reserveren. Dit gaat steeds per halfuur. Het is dus niet nodig om in tijdnood te zitten. U moet de extra tijd wel van tevoren reserveren. Anders loopt u de kans dat er al een andere dienst is geboekt.

 

De gang van zaken rondom de crematie

De rouwplechtigheid, zoals een kerkdienst of uitvaartdienst, voorafgaand aan de crematie, is gelijk aan die bij een begrafenis. De daadwerkelijke verbranding wordt uitgevoerd door het crematoriumpersoneel. Tot enkele jaren geleden gebeurde dit doorgaans buiten aanwezigheid van nabestaanden of belangstellenden. Tegenwoordig kunnen de nabestaanden aanwezig zijn bij het invoeren van de kist in de oven. Bij de meeste crematoria is dit geen probleem. Een aantal crematoria heeft de ovenruimte een publieksvriendelijker uiterlijk gegeven.

De crematie vindt plaats in een crematorium waar het lichaam in een doodskist of crematiekist verbrand wordt. Een kist is geen verplichting, de crematie mag ook plaatsvinden met het lichaam geplaatst op een ligplank en gewikkeld in een lijkwade. Bij invoer op een ligplank is de enige voorwaarde, dat het stoffelijk overschot voor het ovenpersoneel niet als dusdanig herkenbaar is. De verbranding vindt plaats in een oven. De temperatuur is ongeveer 1100 graden Celsius en de verassingstijd is ongeveer anderhalf uur. De as van een volwassen persoon weegt ongeveer 2,5 – 3 kg (inclusief kist). Het is een misverstand dat een lichaam verteert door de vlammen. De verassing geschiedt door de hitte.

 

De crematie zelf

Tegenwoordig is een crematie bijna volledig geautomatiseerd. De crematieovens zijn computergestuurd. Toch blijft de aanwezigheid van een mens noodzakelijk.

Wanneer de crematieplechtigheid van de overledene is afgelopen wordt de lijkkist naar de ovenruimte gebracht. Een medewerker van het betreffende crematorium gaat dan een aantal verplichte documenten controleren. De gegevens op deze documenten moeten overeenkomen met de gegevens van de overledene en het registratienummer op de kist. Wanneer alle gegevens overeen blijken te komen, wordt het crematiedocument ondertekend en wordt er op de kist een vuurvast steentje gelegd. Dit steentje heeft een uniek nummer. Het steentje wordt gebruikt om eventuele vergissingen te voorkomen. Door het steentje is de latere as dus te identificeren. Eventuele kunststof of metalen handgrepen worden van de kist verwijderd (milieuvoorschrift).

Wanneer het steentje geplaatst is, wordt de kist in de oven gezet. Bij een temperatuur van tussen de 400 en 1100 graden Celsius wordt de kist met daarin het lichaam verbrand. Dit hele proces duurt, afhankelijk van het soort oven, zo’n vijf kwartier tot vier uur.

Bij het plaatsen van de kist in de oven mag de familie nog aanwezig zijn, echter wanneer de oven gesloten is en het verbrandingsproces wordt gestart, vaak niet meer. Na het verbrandingsproces wordt de oven afgekoeld. Wanneer de oven genoeg gekoeld is, kunnen de overgebleven stoffelijke resten worden verwijderd. De inhoud van de oven bestaat nu enkel nog uit botresten, het vuurvaste steentje en eventuele metaalresten van bijvoorbeeld sieraden, gebitsprothesen en andere prothesen.

De stoffelijke resten, het steentje en het metaal, worden in een aslade verzameld. De metalen worden apart verzameld. Dit betreft zowel chirurgisch staal als bijvoorbeeld schroeven van de kist. Ook wordt edelmetaal van bijvoorbeeld tanden of kiezen teruggevonden. Het edelmetaal en het chirurgisch staal worden bewaard en regelmatig opgehaald door een gespecialiseerd verwerkingsbedrijf, dat deze resten weer verwerkt. Zo ook de overgebleven handgrepen (zie boven). De opbrengst hiervan wordt geschonken aan een goed doel. Iedereen kan via de Landelijke Vereniging van Crematoria goede doelen hiervoor aandragen. Voorwaarden zijn: Nederlands project; specifiek toewijsbaar aan een project, activiteit, onderzoek (afgerond/herkenbaar karakter); op het gebied van gezondheidszorg of met nauwe band.

De van metaalresten ontdane as gaat vervolgens in een ascremulator. Dat is een soort centrifuge, waarin de asresten als het ware fijn gemalen worden door middel van twee of meer stalen ballen. Via een zeef komt de as uit de cremulator in de asbus. Het crematiesteentje wordt voor sluiting in de asbus gedaan. Op die manier is de as altijd herkenbaar.

De asbestemming

Na de crematie is het wettelijk verplicht de as een maand in het crematorium te bewaren. De as wordt dan bewaard in wat men noemt “de algemene nis”. De algemene nis is niet toegankelijk voor vreemden en nabestaanden. Men heeft dan langer de tijd om over een bestemming na te denken.

 

As verstrooien
  • op 20 tot 25 km hoogte per heliumballon.
  • op het terrein van het crematorium (en soms begraafplaats)
  • op zee per boot
  • op zee per vliegtuig
  • op een eigen dierbaar plekje (wel altijd toestemming vragen aan de eigenaar van dit plekje)
  • op het nationaal verstrooiveld Delhuyzen
  • met toestemming op verschillende Nederlandse binnenwateren, zoals het IJsselmeer, de Randmeren, Friese wateren, het IJ.

 

As bewaren
  • men kan de as thuis bewaren (in huis of tuin).
  • men kan de as bijzetten in bijvoorbeeld urnentuin of urnenmuur (columbarium) van een crematorium of begraafplaats.
  • men kan de as bijzetten in een bestaand familiegraf.

 

Combinatie

Men kan de as verstrooien en bijvoorbeeld een klein deel bewaren in een mini-urn, een asmedaillon, een assieraad of een glassculptuur. Ter nagedachtenis kunt u ook kiezen voor een gedenksteen, een gedenkplaatje of een gedachtenisbeeldje.

Er is veel mogelijk en wij informeren u graag.

Impressie uitvaartcentrum

Nieuws

Nieuws

Contact & gegevens

Bezoekadres
Harinxmalaan 1 – 8602 CN Sneek

Postadres
Postbus 153 – 8600 AD Sneek

Telefoon (0515) 428 700 Fax (0515) 413 554
E-mail info@crematoriumsneek.nl

Bekijk hier de route op Google Maps

Logo Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek

Openingstijden kantoor
Maandag t/m vrijdag
van 09.30 tot 16.30 uur

Banknaam
IBAN
Banknummer
BIC
K.v.K Leeuwarden
Rabobank
NL61 RABO 0166 4228 27
16.64.22.827
RABONL2U
01036519

Contact & gegevens

Bezoekadres
Harinxmalaan 1 – 8602 CN Sneek

Postadres
Postbus 153 – 8600 AD Sneek

Telefoon (0515) 428 700
Fax (0515) 413 554
E-mail info@crematoriumsneek.nl

Bekijk hier de route op Google Maps

Openingstijden kantoor
Maandag t/m vrijdag
van 09.30 tot 16.30 uur

Banknaam
IBAN
Banknummer
BIC
K.v.K Leeuwarden
Rabobank
NL61 RABO 0166 4228 27
16.64.22.827
RABONL2U
01036519