Trotse sponsor van het Dicky van der Werffonds
Sponsor van de maand november is Uitvaartverzorging De Boer (Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek ).
Het kan heel troostend zijn om de overledene zelf te wassen, verzorgen en aan te kleden. Als u dit moeilijk vindt, kunnen wij u hier natuurlijk bij helpen. Ook kunnen wij deze zorg helemaal van u overnemen. We brengen het haar in het gewenste model en knippen indien nodig de nagels. Naast het sluiten van de ogen en mond, behoort ook het aanbrengen van incontinentiemateriaal tot de laatste verzorging.
In Nederland is het balsemen (conserveren van een lichaam voor een beperkte of voor onbepaalde tijd) van overledenen alleen bij uitzondering toegestaan.
De Wet op de lijkbezorging maakt een uitzondering in 4 gevallen:
Voorts worden soms personen of delen van een lichaam geconserveerd met het oog op orgaandonatie, maar dat is geen balseming.
Bij balsemen wordt er via het intacte bloedvatenstelsel een conserverende vloeistof in het lichaam ingebracht. Door de vloeistof worden aanwezige bacteriën gedood. Deze vloeistof bestaat uit een basis van een hoge concentratie formaline met toevoegingen. Door de conserverende werking van de vloeistof blijft de conditie van het lichaam op peil. Er worden geen organen verwijderd, zoals in het oude Egypte de gewoonte was.
Na de balseming kan de overledene op de gebruikelijke wijze worden verzorgd, gekleed en opgebaard, e.e.a. overeenkomstig de wensen van de nabestaanden.
Dit is een tijdelijke vorm van conservering. Het is een lichte vorm van balseming. Het voordeel van deze behandeling is dat overledene kan worden opgebaard bij kamertemperatuur en we verkleuringen van het lichaam kunnen voorkomen.
Thanatopraxie is een behandeling die het ontbindingsproces tijdelijk vertraagt en daardoor het besmettingsgevaar afwendt.
Het woord `tijdelijk` geeft al het verschil aan tussen balsemen en thanatopraxie. Balsemen is een manier om overledenen een zo lang mogelijke tijd te bewaren, zonder dat het uiterlijk wezenlijk verandert. Conservering van een lichaam voor de lange termijn.
Bij thanatopraxie is het doel van de behandeling een overledene voor enkele dagen te conserveren met een uitloop tot 10-15 dagen na het overlijden. Thanatopraxie is te verdelen in twee gebieden: de tijdelijke conservering en het cosmetisch gedeelte (het ‘restaureren’ van een overledene en het opmaken). Voor een goede restauratie is het eigenlijk noodzakelijk het lichaam eerst tijdelijk te conserveren, omdat de ingebrachte conserveringsvloeistof een eiwitverhardende werking heeft op de lichaamscellen.
De Wet op de lijkbezorging is duidelijk over conserverende bewerkingen van een lichaam na het overlijden. Hieronder volgen de regels:
Rond het jaar 1800 was koeling nog een onbekend fenomeen. Wanneer iemand kwam te overlijden betekende dat in veel gevallen een snelle ontbinding.
De Franse legerarts Gannal werd tijdens zijn studie chirurgie regelmatig geconfronteerd met de thanatomorphose (lijkontbinding) en de daaruit voortvloeiende kwalijke geuren en vrijkomende lichaamsvochten. Door de lichamen te injecteren met een vloeistof op basis van een acetaatoplossing en aluminiumzout ging hij de strijd aan tegen de ontbinding. In de loop der jaren verbeterde hij deze vloeistof. De arts van Napoleon heeft na het overlijden van de keizer op het eiland St.Helena dezelfde conserveringsmethode gebruikt.
Tijdens de Amerikaanse burgeroorlog werden door Thomas Holms diverse conserveringen uitgevoerd, omdat de lichamen van gesneuvelde soldaten vaak over grote afstanden moesten worden vervoerd. Prof. J.H. Clark stichtte in 1852 de eerst opleidingsschool in Cincinatti. In de Verenigde Staten van Amerika worden tegenwoordig bijna alle lichamen met een hygiënische conserveringsmethode behandeld.
Na de Tweede Wereldoorlog werd thanatopraxie eerst in Engeland en daarna in Frankrijk een vrij algemeen gebruikte conserveringsmethode. Momenteel wordt 75% van de Engelsen na hun overlijden tijdelijk geconserveerd en in Frankrijk circa 70% van alle overledenen.
Bij balseming gaat het om conservering voor een zeer lange termijn, terwijl thanatopraxie slechts een uitstel van de intreding van de ontbindingsverschijnselen beoogt. De gebruikte vloeistoffen verschillen dan ook.
Bij balsemen wordt er gebruik gemaakt van een relatief hoog percentage formaline. Bij thanatopraxie is het bestanddeel formaline heel gering (0.5%). De rest van de vloeistof bestaat uit kleurstoffen, zouten en andere mineralen in een bepaalde samenstelling die de lichaamscellen tijdelijk, voor ongeveer 10 dagen, conserveren.
In de opleiding tot thanatopracteur wordt veel aandacht besteed aan het observeren van het lichaam, de doodsoorzaak en het bloedvatensysteem. Deze aandachtspunten zijn de leidraad voor het samenstellen van de vloeistof, die geïnjecteerd wordt in de bloedbaan.
Bij thanatopraxie wordt een opening gemaakt in een slagader, waardoor de vloeistof kan worden ingebracht. Tijdens het injecteren wordt via het hart het aanwezige bloed weggezogen. De hoeveelheid vloeistof die in het lichaam wordt ingebracht, is sterk afhankelijk van de het postuur van de overledene. Bij een overledene met een tenger postuur hoeft minder vloeistof te worden gebruikt dan bij een lang of zwaar persoon. Gemiddeld wordt er tussen de vijf en de tien liter vloeistof gebruikt. Het door verdroging veranderde uiterlijk zal door de behandeling weer een natuurlijk beeld geven.
Bij thanatopraxie is het cosmetische effect voor de nabestaanden het meest opvallende. Doordat de bloedcirculatie in het lichaam tot stilstand is gekomen zullen na het overlijden aanvankelijk donker gekleurde vlekken ontstaan, de zogenaamde lijkvlekken. Dit komt omdat het bloed naar de laagst gelegen plaatsen van het lichaam zakt. Ook in de vingertoppen, waar zich vele kleine bloedvaatjes bevinden, zullen verkleuringen ontstaan. Snel na het overlijden ontstaan hier bloedstolsels en omdat er geen afvloeiing meer is, zal door de ontstane druk een donkere verkleuring ontstaan.
Door de huid van de overledene licht te masseren zal de licht getinte conserveringsvloeistof de bloedvaatjes vullen. Na ongeveer een uur zal de overledene in plaats van wasbleek met donkere vlekken weer een meer natuurlijke kleur krijgen.
Nadat de overledene is behandeld, wordt deze gekleed. Op verzoek van de nabestaanden kunnen er cosmetische producten opgebracht worden. Wanneer een overledene bijvoorbeeld ten gevolge van een ongeval beschadigd of verminkt is, zal de thanatopracteur in veel gevallen in staat zijn door middel van hecht- en lijmtechnieken de beschadigingen te herstellen. De restauratie van overledenen stelt de nabestaanden in de gelegenheid alsnog afscheid te nemen, wat de verwerking van het rouwproces positief beïnvloedt.
Na de thanatopraxiebehandeling kan de overledene worden opgebaard bij normale kamertemperatuur, zonder dat daarbij gebruik gemaakt wordt van een koelinstallatie.
De opbaring zonder koelinstallatie voorkomt warmtevorming en motorgeruis in de opbaarruimte. Opbaren op bed of divan kan zonder problemen worden uitgevoerd. Verkleuringen en andere ontbindingsverschijnselen zullen geen belemmering meer vormen bij het afscheid nemen.
Het opbaren kan een mooi moment zijn voor u, uw vrienden en familie om de overledene voor het laatst te zien. Het is dan ook van groot belang dat dit met zoveel mogelijk aandacht en respect georganiseerd wordt. Zo kunt u later met een goed gevoel terugkijken op een waardig afscheid van uw geliefde. Dit opbaren kan zowel thuis als in ons uitvaartcentrum plaatsvinden.
Uw dierbare thuis opbaren kan altijd, ook als iemand in het ziekenhuis is overleden en ook als u klein behuisd bent. Thuis voelt wellicht veilig en vertrouwd en geeft u ook de gelegenheid om elk moment van de dag nog bij uw dierbare te zijn. Dit kan van wezenlijk belang zijn voor u en helend werken in het rouwproces. Een overledene moet wel gekoeld worden. Bij een thuisopbaring kunnen daarvoor speciale koelingen geïnstalleerd worden. De overledene kan in bed of in de kist worden opgebaard.
In bed is vaak minder confronterend dan in de kist. Om de opbaring aan te kleden kunt u bloemen gebruiken, kaarsen, een eigen kleed, een persoonlijk voorwerp op de kist of in handen van de overledene. Om nare geuren te voorkomen zijn wierook, geurkaarsen of gemalen koffie heel geschikt. U bepaalt zelf wanneer de overledene wordt overgebracht naar de kist. Als de overledene thuis ligt, is permanent bezoek en waken mogelijk. U kunt eventueel een condoleanceboek neerleggen. Of u thuis veel, weinig of helemaal geen rouwbezoek wilt, kunt u ook zelf beslissen. Als u liever geen bezoek wilt, kunt u altijd nog besluiten de kist voor en/of tijdens de dienst of bijeenkomst voorafgaande aan de begrafenis of crematie open te laten voor mensen die nog afscheid willen nemen. Er is niet één juiste manier waarop het hoort, het is aan u wat u wilt en kunt.
Misschien voelt u zich wel ongemakkelijk als er een overledene in uw huis is, of wilt u om andere redenen dit proces wat meer op afstand houden. Het is uw afscheid en u bepaalt wat het beste bij u past. Het kan ook zijn dat de overledene zijn of haar wensen hieromtrent heeft vastgelegd en dat u daarom kiest voor een rouwkamer in het uitvaartcentrum. Een rouwcentrum is hoe dan ook een prima keuze. Wij zijn er helemaal op ingesteld om u te begeleiden bij dit essentiële onderdeel van afscheid nemen. Uiteraard is het bij ons is heel goed mogelijk om in de rouwkamer een persoonlijke sfeer te scheppen met kandelaars, gordijnen, foto’s, schilderijen, of andere dierbare spullen. Wij staan op elk moment klaar om u te adviseren en indien gewenst de zorg van u over te nemen. Daarbij bieden wij de mogelijkheid van een 24-uurskamer. Hier kunt u als directe familie dag en nacht terecht, meestal met een eigen sleutel. U kunt er koffie zetten, eten maken en zelfs blijven slapen.
U kunt ook besluiten de overledene de eerste dag of dagen thuis op te baren en pas de laatste dagen over te brengen naar het rouwcentrum, eventueel met een opbaring en de mogelijkheid om afscheid te nemen.
Het kan heel troostend zijn om de overledene zelf te wassen, verzorgen en aan te kleden. Als u dit moeilijk vindt, kunnen wij u hier natuurlijk bij helpen. Ook kunnen wij deze zorg helemaal van u overnemen. We brengen het haar in het gewenste model en knippen indien nodig de nagels. Naast het sluiten van de ogen en mond, behoort ook het aanbrengen van incontinentiemateriaal tot de laatste verzorging.
In Nederland is het balsemen (conserveren van een lichaam voor een beperkte of voor onbepaalde tijd) van overledenen alleen bij uitzondering toegestaan.
De Wet op de lijkbezorging maakt een uitzondering in 4 gevallen:
Voorts worden soms personen of delen van een lichaam geconserveerd met het oog op orgaandonatie, maar dat is geen balseming.
Bij balsemen wordt er via het intacte bloedvatenstelsel een conserverende vloeistof in het lichaam ingebracht. Door de vloeistof worden aanwezige bacteriën gedood. Deze vloeistof bestaat uit een basis van een hoge concentratie formaline met toevoegingen. Door de conserverende werking van de vloeistof blijft de conditie van het lichaam op peil. Er worden geen organen verwijderd, zoals in het oude Egypte de gewoonte was.
Na de balseming kan de overledene op de gebruikelijke wijze worden verzorgd, gekleed en opgebaard, e.e.a. overeenkomstig de wensen van de nabestaanden.
Dit is een tijdelijke vorm van conservering. Het is een lichte vorm van balseming. Het voordeel van deze behandeling is dat overledene kan worden opgebaard bij kamertemperatuur en we verkleuringen van het lichaam kunnen voorkomen.
Thanatopraxie is een behandeling die het ontbindingsproces tijdelijk vertraagt en daardoor het besmettingsgevaar afwendt.
Het woord `tijdelijk` geeft al het verschil aan tussen balsemen en thanatopraxie. Balsemen is een manier om overledenen een zo lang mogelijke tijd te bewaren, zonder dat het uiterlijk wezenlijk verandert. Conservering van een lichaam voor de lange termijn.
Bij thanatopraxie is het doel van de behandeling een overledene voor enkele dagen te conserveren met een uitloop tot 10-15 dagen na het overlijden. Thanatopraxie is te verdelen in twee gebieden: de tijdelijke conservering en het cosmetisch gedeelte (het ‘restaureren’ van een overledene en het opmaken). Voor een goede restauratie is het eigenlijk noodzakelijk het lichaam eerst tijdelijk te conserveren, omdat de ingebrachte conserveringsvloeistof een eiwitverhardende werking heeft op de lichaamscellen.
De Wet op de lijkbezorging is duidelijk over conserverende bewerkingen van een lichaam na het overlijden. Hieronder volgen de regels:
Rond het jaar 1800 was koeling nog een onbekend fenomeen. Wanneer iemand kwam te overlijden betekende dat in veel gevallen een snelle ontbinding.
De Franse legerarts Gannal werd tijdens zijn studie chirurgie regelmatig geconfronteerd met de thanatomorphose (lijkontbinding) en de daaruit voortvloeiende kwalijke geuren en vrijkomende lichaamsvochten. Door de lichamen te injecteren met een vloeistof op basis van een acetaatoplossing en aluminiumzout ging hij de strijd aan tegen de ontbinding. In de loop der jaren verbeterde hij deze vloeistof. De arts van Napoleon heeft na het overlijden van de keizer op het eiland St.Helena dezelfde conserveringsmethode gebruikt.
Tijdens de Amerikaanse burgeroorlog werden door Thomas Holms diverse conserveringen uitgevoerd, omdat de lichamen van gesneuvelde soldaten vaak over grote afstanden moesten worden vervoerd. Prof. J.H. Clark stichtte in 1852 de eerst opleidingsschool in Cincinatti. In de Verenigde Staten van Amerika worden tegenwoordig bijna alle lichamen met een hygiënische conserveringsmethode behandeld.
Na de Tweede Wereldoorlog werd thanatopraxie eerst in Engeland en daarna in Frankrijk een vrij algemeen gebruikte conserveringsmethode. Momenteel wordt 75% van de Engelsen na hun overlijden tijdelijk geconserveerd en in Frankrijk circa 70% van alle overledenen.
Bij balseming gaat het om conservering voor een zeer lange termijn, terwijl thanatopraxie slechts een uitstel van de intreding van de ontbindingsverschijnselen beoogt. De gebruikte vloeistoffen verschillen dan ook.
Bij balsemen wordt er gebruik gemaakt van een relatief hoog percentage formaline. Bij thanatopraxie is het bestanddeel formaline heel gering (0.5%). De rest van de vloeistof bestaat uit kleurstoffen, zouten en andere mineralen in een bepaalde samenstelling die de lichaamscellen tijdelijk, voor ongeveer 10 dagen, conserveren.
In de opleiding tot thanatopracteur wordt veel aandacht besteed aan het observeren van het lichaam, de doodsoorzaak en het bloedvatensysteem. Deze aandachtspunten zijn de leidraad voor het samenstellen van de vloeistof, die geïnjecteerd wordt in de bloedbaan.
Bij thanatopraxie wordt een opening gemaakt in een slagader, waardoor de vloeistof kan worden ingebracht. Tijdens het injecteren wordt via het hart het aanwezige bloed weggezogen. De hoeveelheid vloeistof die in het lichaam wordt ingebracht, is sterk afhankelijk van de het postuur van de overledene. Bij een overledene met een tenger postuur hoeft minder vloeistof te worden gebruikt dan bij een lang of zwaar persoon. Gemiddeld wordt er tussen de vijf en de tien liter vloeistof gebruikt. Het door verdroging veranderde uiterlijk zal door de behandeling weer een natuurlijk beeld geven.
Bij thanatopraxie is het cosmetische effect voor de nabestaanden het meest opvallende. Doordat de bloedcirculatie in het lichaam tot stilstand is gekomen zullen na het overlijden aanvankelijk donker gekleurde vlekken ontstaan, de zogenaamde lijkvlekken. Dit komt omdat het bloed naar de laagst gelegen plaatsen van het lichaam zakt. Ook in de vingertoppen, waar zich vele kleine bloedvaatjes bevinden, zullen verkleuringen ontstaan. Snel na het overlijden ontstaan hier bloedstolsels en omdat er geen afvloeiing meer is, zal door de ontstane druk een donkere verkleuring ontstaan.
Door de huid van de overledene licht te masseren zal de licht getinte conserveringsvloeistof de bloedvaatjes vullen. Na ongeveer een uur zal de overledene in plaats van wasbleek met donkere vlekken weer een meer natuurlijke kleur krijgen.
Nadat de overledene is behandeld, wordt deze gekleed. Op verzoek van de nabestaanden kunnen er cosmetische producten opgebracht worden. Wanneer een overledene bijvoorbeeld ten gevolge van een ongeval beschadigd of verminkt is, zal de thanatopracteur in veel gevallen in staat zijn door middel van hecht- en lijmtechnieken de beschadigingen te herstellen. De restauratie van overledenen stelt de nabestaanden in de gelegenheid alsnog afscheid te nemen, wat de verwerking van het rouwproces positief beïnvloedt.
Na de thanatopraxiebehandeling kan de overledene worden opgebaard bij normale kamertemperatuur, zonder dat daarbij gebruik gemaakt wordt van een koelinstallatie.
De opbaring zonder koelinstallatie voorkomt warmtevorming en motorgeruis in de opbaarruimte. Opbaren op bed of divan kan zonder problemen worden uitgevoerd. Verkleuringen en andere ontbindingsverschijnselen zullen geen belemmering meer vormen bij het afscheid nemen.
Het opbaren kan een mooi moment zijn voor u, uw vrienden en familie om de overledene voor het laatst te zien. Het is dan ook van groot belang dat dit met zoveel mogelijk aandacht en respect georganiseerd wordt. Zo kunt u later met een goed gevoel terugkijken op een waardig afscheid van uw geliefde. Dit opbaren kan zowel thuis als in ons uitvaartcentrum plaatsvinden.
Uw dierbare thuis opbaren kan altijd, ook als iemand in het ziekenhuis is overleden en ook als u klein behuisd bent. Thuis voelt wellicht veilig en vertrouwd en geeft u ook de gelegenheid om elk moment van de dag nog bij uw dierbare te zijn. Dit kan van wezenlijk belang zijn voor u en helend werken in het rouwproces. Een overledene moet wel gekoeld worden. Bij een thuisopbaring kunnen daarvoor speciale koelingen geïnstalleerd worden. De overledene kan in bed of in de kist worden opgebaard.
In bed is vaak minder confronterend dan in de kist. Om de opbaring aan te kleden kunt u bloemen gebruiken, kaarsen, een eigen kleed, een persoonlijk voorwerp op de kist of in handen van de overledene. Om nare geuren te voorkomen zijn wierook, geurkaarsen of gemalen koffie heel geschikt. U bepaalt zelf wanneer de overledene wordt overgebracht naar de kist. Als de overledene thuis ligt, is permanent bezoek en waken mogelijk. U kunt eventueel een condoleanceboek neerleggen. Of u thuis veel, weinig of helemaal geen rouwbezoek wilt, kunt u ook zelf beslissen. Als u liever geen bezoek wilt, kunt u altijd nog besluiten de kist voor en/of tijdens de dienst of bijeenkomst voorafgaande aan de begrafenis of crematie open te laten voor mensen die nog afscheid willen nemen. Er is niet één juiste manier waarop het hoort, het is aan u wat u wilt en kunt.
Misschien voelt u zich wel ongemakkelijk als er een overledene in uw huis is, of wilt u om andere redenen dit proces wat meer op afstand houden. Het is uw afscheid en u bepaalt wat het beste bij u past. Het kan ook zijn dat de overledene zijn of haar wensen hieromtrent heeft vastgelegd en dat u daarom kiest voor een rouwkamer in het uitvaartcentrum. Een rouwcentrum is hoe dan ook een prima keuze. Wij zijn er helemaal op ingesteld om u te begeleiden bij dit essentiële onderdeel van afscheid nemen. Uiteraard is het bij ons is heel goed mogelijk om in de rouwkamer een persoonlijke sfeer te scheppen met kandelaars, gordijnen, foto’s, schilderijen, of andere dierbare spullen. Wij staan op elk moment klaar om u te adviseren en indien gewenst de zorg van u over te nemen. Daarbij bieden wij de mogelijkheid van een 24-uurskamer. Hier kunt u als directe familie dag en nacht terecht, meestal met een eigen sleutel. U kunt er koffie zetten, eten maken en zelfs blijven slapen.
U kunt ook besluiten de overledene de eerste dag of dagen thuis op te baren en pas de laatste dagen over te brengen naar het rouwcentrum, eventueel met een opbaring en de mogelijkheid om afscheid te nemen.
Sponsor van de maand november is Uitvaartverzorging De Boer (Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek ).
Op 27 oktober hebben wij, samen met Eulogica Uitvaartsoftware, verschillende collega’s mogen ontvangen.
Sponsor van de maand november is Uitvaartverzorging De Boer (Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek ).
Op 27 oktober hebben wij, samen met Eulogica Uitvaartsoftware, verschillende collega’s mogen ontvangen.
Sponsor van de maand november is Uitvaartverzorging De Boer (Uitvaartcentrum & Crematorium Sneek ).
Bezoekadres
Harinxmalaan 1 – 8602 CN Sneek
Postadres
Postbus 153 – 8600 AD Sneek
Telefoon (0515) 428 700 Fax (0515) 413 554
E-mail info@crematoriumsneek.nl
Openingstijden kantoor
Maandag t/m vrijdag
van 09.30 tot 16.30 uur
Bezoekadres
Harinxmalaan 1 – 8602 CN Sneek
Postadres
Postbus 153 – 8600 AD Sneek
Telefoon (0515) 428 700
Fax (0515) 413 554
E-mail info@crematoriumsneek.nl
Bekijk hier de route op Google Maps
Openingstijden kantoor
Maandag t/m vrijdag
van 09.30 tot 16.30 uur